Voortgang

Het programma invasieve exoten is op 8 januari 2019 vastgesteld door GS. De aanpak van invasieve exoten betreft een nieuwe wettelijke taak vanuit de wet Natuurbescherming.
Bij de uitvoering van het programma invasieve exoten is sprake van temporisering door onzekerheid over het beschikbaar komen van de benodigde middelen voor 2019. Er is een voorstel gedaan bij de voorjaarsnota voor 1,26 mln. maar er is in 2019 geen financiële ruimte waardoor er nu (voorlopig) wordt uitgegaan van een terugvaloptie van 0,3 mln. (die wordt voorgefinancierd uit de reserve landelijk gebied). Wanneer er geen extra middelen beschikbaar komen voor 2019, dan zal de uitvoering in de loop van 2019 stagneren en zal de Uitvoeringssubsidieverordening biodiversiteit niet kunnen worden opengesteld vanaf 1-8-2019 maar wordt dat in 2020.  
Doordat de aanpak van invasieve exoten wordt getemporiseerd in 2019 worden de beoogde doelen later gerealiseerd.
Het benodigde bedrag voor 2020 en 2021 (uitgaand van de terugvaloptie) is aangevraagd via de kadernota.

De aanpak van invasieve exoten wordt getemporiseerd in 2019. Zie toelichting bij ‘Wat verandert er aan doelen en/of effecten.

Het oorspronkelijk gevraagde bedrag voor aanpak invasieve exoten in 2019 bedraagt 1,26 mln.  Er is hiervoor echter geen financiële ruimte beschikbaar in 2019. Het temporiseren leidt er toe dat de Utrechtse biodiversiteit onverkort en onomkeerbaar dreigt te worden aangetast door invasieve exoten en het probleem wordt groter en duurder om te beheersen en de wettelijke verplichting tot uitroeiing en beheersing blijft bestaan.

Bij het faunabeheer stijgen de tegemoetkomingen faunaschade door onder andere de ingevoerde automatische taxaties in ganzenrustgebieden, de invoering van de statiegeldregeling (afschaffen leges bij aanvragen schades) en vanwege gerechtelijke uitspraken waardoor 60% van de mezenschade toch vergoed moet worden.
Er is sprake van een ongedekt deel van 0,5 mln. voor tegemoetkomingen faunaschade 2019 o.b.v. IPO/BIJ 12-begroting 2019. Dit was niet bekend bij opstellen programmabegroting 2019.  
Bij de najaarsrapportage zal opnieuw gekeken worden naar dekkingsmogelijkheden. Indien daar geen ruimte wordt gevonden moet eind van het jaar gekeken worden of het binnen programma 2 of andere programma’s kan worden opgevangen en als laatste optie t.l.v. het weerstandsvermogen.
Voor 2020 en verder wordt een kadernotaclaim neergelegd van 0,5 mln. per jaar.